Zorgpad

Zuurbranden

Refluxziekte betekent eigenlijk ‘overmatig zuurbranden’. Dit is een aandoening die vaak voorkomt. Bij deze ziekte is er sprake van overmatige terugvloed van maagzuur naar de slokdarm. Dit kan een branderig gevoel en pijn veroorzaken. Meestal zit deze pijn achter het borstbeen en in de keel. De slokdarmwand kan beschadigd of ontstoken raken door langdurig terugstromen van het maagzuur in de slokdarm. Nachtelijk hoesten, astma, slikproblemen en heesheid kunnen ook voorkomen bij refluxziekte.  

  1. Functie slokdarm en maag

    Functie van de slokdarm en de maag

    De slokdarm is een buis die de keelholte verbindt met de maag. De slokdarm ligt in de borstkas, achter het hart en voor de wervelkolom. De wand van de slokdarm bestaat voor een belangrijk deel uit spierweefsel dat de bewegingen van de slokdarm mogelijk maakt. Zowel aan de bovenzijde van de slokdarm (tussen keelholte en slokdarm) als aan de onderzijde (tussen slokdarm en maag) bevindt zich een kringspier. De onderste slokdarmkringspier vormt het einde van de slokdarm. Onder normale omstandigheden ligt deze kringspier ter hoogte van het middenrif, de spierplaat die borstholte en buikholte van elkaar scheidt.

    De slokdarm dient ervoor om het doorgeslikte voedsel efficiënt naar de maag door te voeren. Bovendien zorgt de slokdarm ervoor dat het eenmaal in de maag aangekomen voedsel niet meer omhoog kan komen. Om deze functies uit te voeren, kunnen de spieren in de slokdarmwand samentrekken. De onderste slokdarmkringspier is onder normale omstandigheden gesloten en zorgt ervoor dat de maaginhoud niet meer terug de slokdarm in kan stromen.  

  2. Het ontstaan

    Wat is zuurbranden?

    Refluxziekte kan door meerdere oorzaken ontstaan. Hieronder de twee meest voorkomende oorzaken.

    Verminderde functie van de kringspier
    Op de overgang van de slokdarm naar de maag bevindt zich een kringspier die ervoor zorgt dat er in normale omstandigheden weinig tot geen maagzuur in de slokdarm kan komen. Bij een niet-goed functionerende kringspier kan er wel maagzuur terugstromen in de slokdarm.

    Middenrifbreuk
    Ook door een middenrifbreuk, waarbij een deel van de maag omhoog geslipt is naar de borstkas, kan overmatige terugvloed van maagzuur ontstaan. Lees hier meer over de middenrifbreuk.

  3. Onderzoeken

    Verschillende onderzoeken

    Via de huisarts krijgt u vaak al medicijnen voorgeschreven tegen het zuurbranden. Als de klachten ondanks de medicijnen aan blijven houden, dan kunt u doorverwezen worden naar een MDL-arts. Die zet vervolgens verder onderzoek in naar de oorzaak van uw zuurbranden.

    Er zijn verschillende onderzoeken mogelijk. Voorbeelden zijn een gastroscopie, waarbij de binnenkant van de slokdarm en maag wordt bekeken, of een zuurmeting, waarbij gedurende 24 uur de totale hoeveelheid zuur wordt gemeten in de slokdarm om te bepalen of daadwerkelijk sprake is van overtallige terugvloed van maagzuur. 

    Binnen het Albert Schweitzer ziekenhuis zijn er verschillende folders met meer informatie over dit onderwerp:

  4. Medicijnen en adviezen

    Medicijnen en adviezen

    Er zijn verschillende mogelijkheden om refluxziekte te behandelen. De belangrijkste en eerste behandeling is met medicijnen. Bij het merendeel van de mensen met deze aandoening blijkt behandeling met zuurremmers voldoende te zijn. Wanneer ondanks maximale behandeling met medicijnen toch klachten van zure reflux blijven aanhouden, is eerst meer onderzoek nodig. 

    Daarnaast kunnen voedings- en leefstijladviezen u ook helpen om de klachten te doen verminderen:

     

    • Vermijd grote, zware maaltijden en erg vet eten
    • Verdeel de voeding over meer en kleinere porties over de dag
    • Wees voorzichtig met alcohol, cafeïne houdende voedingsmiddelen (zoals koffie en thee), koolzuurhoudende dranken, zure vruchten(sap), pepermunt, tomaat, ui, specerijen en chocolade
    • Rook niet; roken kan er namelijk voor zorgen dat de sluitspier verslapt en de maag niet meer goed afsluit
    • Zorg voor een gezond gewicht; door overgewicht krijgt u meer druk op het middenrif, waardoor u meer last kun krijgen van brandend maagzuur
    • Voorkom obstipatie klachten; beweeg voldoende, gebruik vezelrijke voeding (30 tot 40 gram vezels per dag) met voldoende vocht (2 liter per dag)
    • Ga na het eten niet meteen liggen
    • Draag geen knellende kleding ter hoogte van de maag
    • Buk niet te veel voorover
    • Verhoog het hoofdeinde van het bed

    Als er sprake is van aanhoudende klachten, waarbij u onvoldoende reageert op medicijnen en leefstijladviezen, kan een operatie een goede optie zijn. 

  5. Wanneer een operatie?

    Wanneer wordt er gekozen voor een operatie?

    Een operatie wordt pas verricht als alle bovenstaande behandelingen en adviezen niet (voldoende) helpen en u hierdoor ernstige klachten heeft van de reflux, zoals verandering van slijmvlies in de slokdarm, slikklachten, verslikking en/of vernauwing van de slokdarm.

    Als u jong bent en anders levenslangs medicijnen moet slikken, kan dit ook een overweging zijn om toch een operatie te verrichten.

    Of u ook in aanmerking komt voor een operatie hangt van vele factoren af. Onder andere van de ernst van uw klachten, uw voorgeschiedenis, conditie en vitaliteit en uw BMI zijn belangrijke factoren.

    Goed om te weten
    5 jaar na anti-reflux operatie gebruikt 11% tot 32% opnieuw anti-reflux medicatie. Dit kan oplopen tot 60% na 10 jaar. Dit betekent dat de operatie u mogelijk niet voor altijd van uw klachten af helpt. Als u opnieuw klachten ervaart, zou een nieuwe operatie kunnen volgen. 

  6. De operatie

    De operatie

    De antireflux operatie wordt via een kijkoperatie uitgevoerd. Dat wil zeggen dat de operatie via vijf kleine sneetjes in de buikwand plaatsvindt. Als er bij u sprake is van een middenrifbreuk, dan wordt deze hersteld en wordt daarnaast een nieuwe klep gemaakt ter voorkoming van overmatige terugvloed van maagzuur naar de slokdarm. Deze nieuwe klep wordt gemaakt van het bovenste gedeelte van de maag. Het voordeel van een kijkoperatie is een spoedig herstel, maar een kijkoperatie is niet altijd mogelijk.

    Lees hier meer informatie over de operatie.

  7. Na de operatie

    Na de operatie

    Opname duur
    Gemiddeld blijft u één dag na de operatie in het ziekenhuis. Daarna kunt u naar huis. Om naar huis te kunnen, is het belangrijk dat uw pijn onder controle is en u kunt eten.

    Vloeibare/gemalen voeding
    Het is belangrijk dat u zich houdt aan de voedingsvoorschrift. Dat betekent twee weken vloeibare/gemalen voeding na de operatie. Vloeibare voeding in de eerste twee weken na de operatie verkleint de kans op klachten als pijn en misselijkheid. De diëtist komt na de operatie bij u langs om de voedingsadviezen met u te bespreken. Vaak krijgt u ook aanvullende drinkvoeding voorgeschreven om goed te herstellen, extra eiwitten binnen te krijgen of om uw gewicht te herstellen als u bent afgevallen voorafgaand aan de operatie. Na de twee weken van vloeibare/gemalen voeding mag u rustig aan uw dieet uitbreiden naar een normaal dieet. 

    In de eerste twee maanden is het verstandig kleine maaltijden te nemen en deze goed te kauwen. Daarnaast kunt u vloeibare tussendoortjes nemen. Verder raden we u aan geen grove/vezelige maaltijden, roodvlees en koolzuurhoudende dranken (in verband met het niet kunnen opboeren) te nemen.

    Medicatie
    In het ziekenhuis krijgt u medicijnen tegen de misselijkheid. Als u vloeibaar kunt eten en niet misselijk bent, worden deze medicijnen weer gestopt.

    De maagzuurremmers die u voor de operatie gebruikte moet u in twee weken afbouwen.

  8. Complicaties

    Complicaties

    Geen enkele operatie is zonder risico. Naast algemene risico’s zoals infecties, trombose, nabloedingen en een perforatie waarvoor soms een nieuwe operatie noodzakelijk is, kan er ook voedselpassageklachten ontstaan. Dit betekent dat het voedsel dan niet goed wil zakken. De nieuw gemaakte klep kan nog gezwollen zijn door de operatie, waardoor eten moeilijker kan passeren.

    Veelal zijn deze klachten van korte duur en verdwijnen deze klacht vanzelf. Als de klachten aanhouden, kan dit veroorzaakt worden door een vernauwing en moet dit soms opgerekt worden doormiddel van een maagonderzoek/gastroscopie.

  9. Controle

    Controle op de polikliniek

    Eerste controle
    U komt ongeveer twee tot drie weken na de operatie terug op de polikliniek bij de chirurg en/of verpleegkundig specialist.  We bespreken met u hoe het gaat en beoordelen uw wondjes op de buik. Er is dan ook ruimte om uw vragen te stellen.

    Tweede controle
    Zes weken na de eerste controle volgt er een belafspraak bij de verpleegkundig specialist. U kunt eventuele klachten bespreken of vragen stellen.

    Derde controle
    Zes maanden na de operatie volgt er een belafspraak om te horen hoe het met u gaat. Als alles goed gaat, wordt uw terugverwezen naar uw eigen huisarts.

  10. Bereikbaarheid

    Bereikbaarheid na uw operatie

    Het algemeen nummer Albert Schweitzer ziekenhuis is (078) 654 11 11.

    Polikliniek Chirurgie
    Bij vragen of onduidelijkheden, kunt u bellen met één van de verpleegkundig specialisten: Lesley Koet via (078) 654 20 95 of Ilona Derksen via (078) 655 05 54.

    Verpleegkundige GE-chirurgie 
    Bij vragen over de opname kunt u bellen met de verpleegkundige GE-chirurgie via (078) 655 05 77. Zij is bereikbaar op maandag, dinsdag en donderdag tussen 09.00 en 10.00 uur.

Naar boven