Behandelingen
Als het oriënterend fertiliteitsonderzoek klaar is, heeft u opnieuw een gesprek met de fertiliteitsarts. De fertiliteitsarts stelt op basis van de uitslagen van het oriënterend fertiliteitsonderzoek een geschikte behandeling aan u voor. De arts legt aan u uit waarom de voorgestelde behandeling voor u het meest geschikt is om de kans op een zwangerschap te verhogen. Dit is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de cyclus van de vrouw, leeftijd, hormoonwaarden, doorgankelijkheid van de eileiders, de uitslag van het spermaonderzoek en life-style factoren.
Hieronder leest u meer over de drie fertiliteitsbehandelingen: ovulatie-inductie (OI), intra-uteriene inseminatie (IUI) en IVF/ICSI. Wij doen geen K.I.D. -behandelingen.
Ovulatie inductie
Een ovulatie-inductie is een behandeling waarbij medicijnen (Clomifeen) of hormonen (follikel stimulerende hormoon, luteïniserend hormoon) helpen om de eicel te laten groeien. U krijgt regelmatig een echografie, zodat de groei van de eicellen gevolgd kan worden.
Deze behandeling is geschikt voor vrouwen die geen of weinig eisprongen hebben. Het sperma van de partner moet wel voldoende beweeglijk zijn.
Leeftijdsgrens
Ovulatie-inductie is mogelijk voor vrouwen tot 40 jaar.
Intra uteriene inseminatie (IUI)
Bij een intra-uteriene inseminatie wordt op het meest vruchtbare moment sperma hoog in de baarmoeder ingespoten. Dit sperma is vooraf behandeld (opgewerkt). Het inbrengen gebeurt met een dun slangetje.
Een IUI kan worden uitgevoerd tijdens een normale cyclus of als u hormonen gebruikt om uw eicellen te laten groeien. Deze behandeling wordt gedaan als:
- De baarmoederhals geen zaadcellen doorlaat;
- Er bijvoorbeeld te weinig zaadcellen zijn of omdat de zaadcellen te weinig bewegen;
- Er geen oorzaak is gevonden voor het vruchtbaarheidsprobleem.
Leeftijdsgrens
IUI is mogelijk voor vrouwen tot 43 jaar.
IVF en ICSI
IVF (in vitro fertilisatie) en ICSI (intracytoplasmatische sperma injectie) zijn behandelingen waarbij de bevruchting buiten het lichaam plaatsvindt.
Bij IVF worden de rijpe eicellen uit de eierstokken gehaald en buiten het lichaam – in het laboratorium - met zaadcellen samengebracht. Als er een bevruchting ontstaat, wordt de bevruchte eicel na drie tot vijf dagen in de baarmoeder geplaatst. De eicel komt eerder aan in de baarmoeder dan bij een normale situatie. Als een bevruchte eicel (embryo) zich verder ontwikkelt en innestelt, ontstaat een zwangerschap.
Bij ICSI wordt in het laboratorium één zaadcel via een zeer dunne naald in één eicel gebracht om deze te bevruchten. Er is dus sprake van een kunstmatige bevruchting. Na een bevruchting ontstaat een embryo, dat in de baarmoeder kan worden teruggeplaatst.
Deze behandelingen gebeuren in samenwerking met het IVF laboratorium van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam.
Deze behandeling kan worden toegepast bij:
- Niet of slecht doorgankelijke eileiders;
- Langdurige onbegrepen onvruchtbaarheid;
- Ernstige endometriose;
- Hormonale cyclusstoornis;
- Verminderde zaadcelkwaliteit;
- Mislukte IUI-behandeling.
Behandeling in vier stappen
De behandeling bestaat uit vier stappen en duurt ongeveer vier weken. Hoe lang uw behandeling precies duurt, is afhankelijk van het schema dat u van de arts krijgt en van de hormonen die u gebruikt.
- De stimulatie: dit is de rijping van de eicellen.
- De punctie: Het aanprikken van de eiblaasjes (folikels).
- De bevruchting. Dit gebeurt in het laboratorium
- De plaatsing. De arts plaats de bevruchte eicellen terug in de baarmoeder.
Leeftijdsgrens
IVF & ICSI zijn mogelijk voor vrouwen tot 43 jaar. Deze behandeling wordt alleen gedaan als er verder geen andere oorzaken zijn waardoor u niet zwanger wordt.