Historie locatie Dordwijk

Eerste Gasthuis
Rond 1200 is Dordrecht van een dorp uitgegroeid tot een stedelijke gemeenschap. Instellingen voor verzorging en verpleging zijn onontbeerlijk geworden. Rijke lieden konden zich in die tijd thuis of in een herberg tegen betaling laten verzorgen, maar de arme inwoner of vreemdeling was afhankelijk van naastenliefde en barmhartigheid van de gegoede burgerij.

In de loop van de 13e eeuw bouwde de Dordtse gemeenschap op eigen kosten een Gasthuis voor zieke inwoners zonder eigen geldmiddelen. In de stadsrekening over 1284/1285 is er voor het eerst sprake van een Gasthuis. Dit eerste gasthuis moet zeer beperkt van omvang zijn geweest; een inventaris van de inboedel uit 1310 doet vermoeden dat er maar voor zo'n dertig patiënten ruimte was, op een bevolking van enkele duizenden. Het Dordtse Gasthuis is in 1338 afgebrand.

Sacramentsgasthuis aan de Visstraat
Aan het eind van de 14e eeuw is gestart met de bouw van het Sacramentsgasthuis dat tot de afbraak in 1877 aan de Visstraat heeft gestaan. De bouw heeft tientallen jaren geduurd, wat in die tijd gebruikelijk was. De gebouwen (kapel, ziekenhuis en enkele bijgebouwen) stonden op een terrein, dat zich uitstrekte van de Voorstraat tot aan de (latere) Breestraat, verder begrensd door de Visstraat en het Minderbroedersklooster. Ook de bijbehorende kruidentuin en de wijngaard namen een groot oppervlak in beslag.

De patiënten in het Sacramentsgasthuis behoorden tot de minst draagkrachtigen uit de Dordtse bevolking. Beter gesitueerden konden het zich veroorloven om zich thuis door 'uitzendkrachten' van de kloosters en door particuliere medici en chirurgijns te laten verplegen en behandelen. Lijders aan besmettelijke ziektes, zoals pest en melaatsheid, werden in afzonderlijke instellingen ondergebracht evenals kinderen die gewoon thuis of in het Weeshuis verbleven.

Tot het midden van de zestiende eeuw was er van een medische behandeling van de zieken in de gasthuizen nog geen sprake. De bemoeienis met de zieke bleef beperkt tot de lichamelijke en geestelijke verzorging. In het algemeen gold als beste medicijn een goede, degelijke voeding, waarbij het gebruik van bier en wijn - het water was ondrinkbaar - niet werd geschuwd.

Gasthuis aan het Beverwijcksplein
In 1877 verhuisde het toenmalige gasthuis naar het Beverwijcksplein, waar het tot het begin van de 20ste eeuw gehuisvest is geweest. Wantoestanden in het Sacramentsgasthuis, zoals een open riool in de ziekenzaal, waren onder andere reden voor de nieuwbouw. Tot ver in de 19e eeuw waren gasthuizen liefdadige opvangcentra met zeer beperkte mogelijkheden. Aan het eind van de 19e eeuw kwam er steeds meer aandacht voor de verbetering van de verzorging en de behandeling van de patiënt.

Van Gasthuis naar Gemeenteziekenhuis
Onder meer door de voortschrijdende ontwikkelingen in de medische wetenschap werd besloten tot de bouw van een 'Gast- of ziekenhuis' aan de Bankastraat. Dit ziekenhuis kwam in 1920 gereed. Het ziekenhuis telde toen 110 bedden en het stadsbestuur was verantwoordelijk voor de noodzakelijke fondsen. Net na de Tweede Wereldoorlog werd het ziekenhuis 'Stedelijk Ziekenhuis' en groeide uit naar 440 bedden met - voor die tijd - moderne medische faciliteiten. Een gestaag groeiend financieel aandeel van de gemeente Dordrecht resulteerde in 1957 tot de naamswijziging in Gemeenteziekenhuis. In 1970 fuseerde het ziekenhuis met een privékliniek en groeide de capaciteit tot 570 bedden.

Nieuwbouw Merwedeziekenhuis aan de Albert Schweitzerplaats
In 1973 was er een plan klaar om aan te bieden aan onze Nederlandse regering, het Ministerie van Gezondheid en Welzijn. Als gevolg van de recessie en nieuw ontstane inzichten werd dit plan afgekeurd. Begin jaren tachtig is er een nieuw plan op papier gezet, gericht op goedkeuring van herbouw van het oude ziekenhuis, omdat de kosten voor onderhoud en het draaiende houden van het ziekenhuis ondertussen huizenhoog waren. De politiek eiste echter een fusie alvorens een bouwplan kon worden uitgevoerd. Het gemeenteziekenhuis Sliedrecht was ook genoodzaakt om voor haar voortbestaan een fusiepartner te zoeken. De noodzaak tot fuseren was hiermee voor beide ziekenhuizen geboren. De daadwerkelijke fusie met het gemeenteziekenhuis Sliedrecht vond plaats in 1986. Het nieuwe Merwedeziekenhuis was een feit. Vervolgens werd toestemming verleend voor nieuwbouw en is er van start gegaan met een ontwerp voor een gebouw met 390 klinische bedden, 10 bedden voor dagbehandeling en 15 babybedjes. Dit nieuwe ziekenhuis is gebouwd aan de Albert Schweitzerplaats en is in 1990 officieel geopend.

Albert Schweitzer ziekenhuis
Het Albert Schweitzer ziekenhuis bestaat sinds 1 januari 1999. Er heeft toen een fusie plaatsgevonden tussen het Drechtsteden Ziekenhuis en het Merwedeziekenhuis.

U bent nu hier

HomepageOver onsOrganisatieHistorieHistorie locatie Dordwijk
Naar boven